Skip to main content

Wat doe je als je broer het huis van je overleden ouders niet wilt verlaten, waar hij na een relatiebreuk al even woont? Op deze Dag van het Erfrecht 2024 ga ik in op deze kwestie.

Het huilen staat de zussen Jantien en Machteld nader dan het lachen. ‘Onze ouders zijn twee jaar geleden vrij kort na elkaar overleden’, vertelt Jantien. ‘Eerst onze moeder en twee maanden later onze vader. Ze woonden nog steeds in de boerderij waar wij en onze broer Bart zijn geboren. Ongeveer een halfjaar voor hun overlijden ging Bart bij hen in huis wonen na een relatiebreuk. Wij hadden daar als zussen op dat moment natuurlijk geen bezwaar tegen. Je wilt ook niet dat je broer op straat komt te staan.’

Inmiddels zijn ze twee jaar verder, woont Bart nog steeds in het huis van hun ouders en onderneemt hij geen enkele actie, terwijl hij geen huur betaalt dus gratis woont. De zussen zijn het gesprek met hem aangegaan, vertellen ze. ‘Hij keurt elk voorstel af of reageert niet. We willen geen ruzie maar zo doorgaan kan ook niet. Wij zouden het eerlijk vinden als we de boerderij te koop zetten.’

Kan broer Bart de verkoop van de boerderij in zijn eentje tegenhouden?

Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden, moeten we eerst weten hoe de situatie juridisch in elkaar zit. Het blijkt dat de zussen en hun broer alle drie erfgenaam zijn en daarmee eigenaar van de woonboerderij, ieder voor een derde deel. Dat bekent dat ze:

  1. alle drie evenveel rechten hebben;
  2. alleen beslissingen over de boerderij kunnen nemen als ze het over die beslissingen alle drie eens zijn.

In de praktijk blijkt dat laatste vaak moeilijk. Daarom staat er een bepaling in de wet dat ‘niemand verplicht kan worden om in een onverdeeldheid te blijven’. Voor de zussen betekent dit dat zij met hulp van een advocaat aan de rechter kunnen vragen tot verdeling van de woning over te gaan.

Wat kan de rechter beslissen?

  1. De woning toedelen aan een van de drie erfgenamen onder de verplichting de andere twee uit te kopen
  2. Bepalen dat de woning verkocht dient te worden en de opbrengst gedeeld over de drie erfgenamen.
  3. Bepalen dat de woning voor een periode van drie jaar onverdeeld blijft, wanneer een zorgvuldige belangenafweging daar aanleiding toe geeft.

Wanneer een van de erfgenamen niet meewerkt, kan de rechter ook een dwangsom opleggen aan degene die niet meewerkt of zelfs een vertegenwoordiger benoemen die als plaatsvervanger optreedt voor de onwillige erfgenaam. Zo kan men uiteindelijk toch tot een verdeling komen, ook als een erfgenaam niet meewerkt.

Procedure voorkomen

De zussen zijn er stil van. Jantien zegt: ‘Onze ouders zouden het nooit gewild hebben dat we in een procedure voor de rechter tegenover elkaar zouden komen te staan.’ Zo ver is het natuurlijk nog niet. Soms lukt het om in onderling overleg, met hulp van een erfrechtadvocaat of -mediator, een procedure te voorkomen. Dan is het wel belangrijk dat afspraken goed worden vastgelegd. Ook daar kan een erfrechtadvocaat of -mediator behulpzaam bij zijn.

Dit blog is ook gepubliceerd op Erven-online, een online platform dat door blogs en artikelen informeert over kwesties rondom erfrecht en nalatenschap.